Bellatrix tweede kans 1:
Het verhaal begint na het gevecht in het ministerie. Voldermort is woedend en neemt zijn wraak. In een doordachte daad stuurt hij een verjongde Bellatrix terug de tijd in. Als kind moet ze Harry Potter zien te vinden om hem daarna te doden. Gaat het Bellatrix lukken om Harry Potter te vinden. Slaagt Voldermort in zijn plan. Zal Bellatrix hem trouw blijven of loopt ze over. Dit verhaal heeft een hoop ellende in zich. Er zijn misschien dingen die moeilijk leesbaar zijn maar alles komt goed.
Het is een verhaal van een fan. Harry Potter is van Rowling en niet van mij

H1 Voldermort 's opdracht.

Voldermort kwam vloekend de villa van zijn vader binnen gelopen. Bellatrix die achter hem aanliep had haar hoofd hangend naar beneden. Ze was net onder de Cruciatusvloek van Harry Potter geplaatst, en had er nog steeds last van. Voldermort draaide zich razend snel om en keek met een vurige blik naar Bellatrix. "Crucio" Riep hij uit. Bellatrix zakte op haar knieën en gilde het uit.
"Hoe kon je hem zo laten gaan". Riep Voldermort haar agressief toe. "Die niets nut van een Harry Potter. Je kon hem zo vermoorden. Hij was binnen jouw bereik en het had geen moeite gekost. Maar nee mevrouw moest hem naar buiten lijden. CRUCIO" Klonk weer de stem van Voldermort.
Opnieuw schreeuwde Bellatrix het uit. De pijn was ondragelijk maar hanteerbaar. Wat wel in haar gedachte bleef spelen was dat de vloek van Harry vele malen pijnlijker was.

Haar gedachten gingen van heer Voldermort naar Harry en weer terug. Er was het een en ander wat ze niet meer snapte. Ze was anders altijd zo sterk, zijn recht hand. Maar nu moest ze onderdanig zijn. De tranen liepen over haar wangen van de pijn. De vloek brander in haar lichaam en trok aan al haar zenuwen. Ze had de jongen die bleef leven niet gedood. Ze had hem wel bij haar heer gebracht. Maar hem niet eerst verzwakt. Ze had haar heer Voldermort zwaar teleurgesteld.
Dit was haar verdiende loon bedacht ze bij zichzelf. Ze was geen goede dienaar geweest voor haar heer. Ze had hem heel erg gefaald.

Lucius had de voorspelling laten vallen. Hij zou ook nog gestraft worden. Maar nu moest zij gestraft worden. "Crucio" klonk het weer. Bellatrix gilde het uit, haar neus bloede nu en haar ogen waren rood. Buiten adem lag Bellatrix op de grond met haar wang op de koude stenen. "Uit mijn ogen" hoorde ze heer Voldermort Agressief sissen.
Met veel pijn kroop ze de kamer uit. Haar heer had haar gestraft. Dit was haar verdiende loon bedacht ze zich nog. Had ze haar heer maar niet teleur moeten stellen. Kruipend ging ze naar een kamer verder op in de gang. Daar in de hoek lag een eenpersoons matras. Het bloed droop uit haar neus en ze ging op het matras liggen. Al haar spieren deden zeer overal voelde ze de pijn van de Cruciatusvloek. Ze trilde en schokte nog na. Ze hoestte nog wat bloed op en keek in het duister. Langzaam vielen haar ogen dicht en droomde ze weg.

Hoelang ze daar gelegen had wist ze niet.
Maar haar mond was droog en haar lichaam stijf. Met haar benen opgetrokken ging ze in de hoek tegen de muur zitten. De tranen stroomde weer over haar wangen heen. Het liefst zou ze zo weg lopen maar wist dat het niet kon. Haar heer zou dat nooit toestaan. Hij zou haar zonder pardon laten opzoeken en vermoorden. Het maakte niet uit hoe je het bekeek. Ze zat hier gevangen Als een slaaf van haar heer.

Bellatrix had vaker van zulke gedachten gehad. Ze wist niet waarom maar toch deed ze alles wat haar heer van haar wilde. Een iets oudere vrouw met blond haar kwam de kamer binnen gelopen. "Bella gaat het" vroeg ze op een vriendelijke toon. Bellatrix keek omhoog de tranen nog in haar ogen. "Ja, Cissy het gaat wel weer" was haar antwoord.

Cissy was haar zuster, Narcissa Malfidus. Net als haar zuster was ook zij uitgehuwelijkt. Ze spuugde op de naam van haar man. En net als haar zuster had ze hier nooit echt voor gekozen. Maar ze volgde heer Voldermort wel. Hun mannen waren dooddoeners van het eerste uur. Zij hadden hun mannen gevolgd omdat het volgens hun huwelijks contract moest. En als vrouw mocht je nooit je man tegenspreken. Eigenlijk was je zijn slaaf, niet meer en ook niet minder. Dat was het onder een huwelijks contract.

Bella zat Nog steeds tegen de muur gedrukt. Ze voelde een hand van haar Zuster om haar schouder heen vallen. De knuffel die ze kreeg was iets wat ze niet meer gewend was. Toch voelde het fijn om zo'n arm om je heen te voelen. "Bella droog je tranen en kom naar de keuken. Lord Voldermort heeft wat mededelingen voor ons allemaal".

Bella droogde haar tranen en liep langzaam naar de keuken. Daar stond een grote tafel met alle dooddoeners er omheen. Ze zag Draco haar neefje zitten. Hij was zestien jaar oud en wilde nu al het duistere teken hebben. Ze wist dat hij een grote verantwoording kreeg om dat Lucius zijn plicht had verzuimd. Langzaam liet ze zich zelf in de stoel naast haar zuster zakken. Zonder iemand ook maar een blik te geven bleef ze dood stil zitten. Ze durfde niemand aan te kijken. Haar angst was groot en de pijn van de vloek was nog niet helemaal weg.

Voldermort nam het woord.
"Ik ben erg teleur gesteld in Jullie. Nu weet niet alleen Harry Potter dat ik terug ben" en hij spuugde bij die naam "Maar nu weet ook het ministerie het. Ik heb die gladjakker van een Droebel ook wel zien staan. Morgen ochtend zal iedereen het dus ook weten door de ochtend profeet. En dat allemaal dankzij jullie stommiteiten en blunders. Een heel jaar hebben we aan Harry gewerkt om hem de voorspelling te laten halen. Een heel jaar heeft Severus zijn gedachten voor mijn open gehouden. Severus heeft er alles aangedaan om hem te martelen. Waarvoor en waarom vraag ik jullie. Jullie mijn dooddoeners laten je aftroeven door zes kinderen. Zes miezerige kinderen".

Zijn blik ging langs de tafel en bleef rusten op Bellatrix. "Bellatrix" riep hij sissend. "J Ja heer" was haar fluister antwoord. "Bellatrix, jij hebt heel veel goed te maken en daar gaan we het zo over hebben". Narcissa legde haar hand op de knie van Bellatrix en kneep er even in". Bellatrix keek heer Voldermort aan en knikte alleen maar. Snel keek ze weer naar de tafel. Ze zou hem volgen maar ze wist niet waarom. Er was een stemmetje dat bleef zeggen dat ze weg moest. Luister niet naar hem jij bent beter.

"Lucius hoe heb jij de voorspelling kunnen laten vallen". Lucius slikte toen hij de heer zijn naam hoorde zeggen. "Het was die Potter heer, hij heeft altijd geluk". "Lucius. Lucius, moet ik werkelijk geloven dat mijn rechter hand een gewone jongen van vijftien jaar niet de baas kan". Voldermort snoof bij de opmerking die Lucius had gemaakt. "Ik had potter gewoon om zeep geholpen" sneerde Draco. Voldermort keek hem aan en schatte hem eens goed in. "Draco als dat zo is hoe hebben zijn vrienden jou dan zo om de tuin kunnen lijden bij Omber". Draco werd rood en keek naar beneden. Fluisterend vervloekte hij die Potter.
"Draco gaat volgend jaar voor mij een opdracht op Zweinstein uitvoeren" siste Voldermort. "Aan het einde van dat jaar zal hij Perkamentus moeten doden. Dan, en dan alleen ben jij waardig genoeg om een dooddoener te zijn. Misschien kan jij dan ook de eer van jou vader redden". Voldermort keek dodelijk naar Lucius. Lucius die op zijn beurt weer helemaal ineen dook.

De deur van de keuken zwaaide open en Severus sneep kwam binnen. "Ah Severus mijn trouwe dienaar. Wat is het laatste nieuws dat je ons komt brengen". Bellatrix keek Sneep venijnig aan. Severus keek haar even aan en keek toen naar Lord Voldermort. In een beweging zakte hij op zijn knie en kuste de hand van zijn heer.
"Heer de arrogantie van die Potter is onuitstaanbaar. Hij geeft een verslag aan de ochtend profeet als of hij de held is. Perkamentus zegt zelfs dat hij het gehele plan heeft uitgedacht om u uit uw tent te lokken eerlijk waar mijn heer. Ze denken dat ze u te slim af waren".

Bellatrix dacht bij zichzelf dat het niet klopte. Ze had Potter nog nooit iets horen zeggen om iemand uit zijn tent te lokken. Potter kon haar zelfs niet goed onder de Cruciatusvloek leggen. Hij had daar het hart niet voor. Zijn hard zat vol liefde en die vloek wekt als je hart vol haat zit. Bella wist dat ze die Potter moest haten. Maar iets in haar hart zei dat ze dat niet kon. Zijn vloek deed behoorlijk pijn. Hij was pijnlijker dan die van Voldermort. Maar hij was niet vol haat. Ze wist niet wat ze moest denken. De angst bekroop haar wel. Het idee dat Potter die vloek met haat zou uitspreken. Bij hem zou die vloek al meteen dodelijk zijn.
Lort Voldermort keek Bellatrix aan en beviel haar om hem aan te kijken. Bellatrix keek haar heer aan en voelde een soort tinteling door haar lichaam heen gaan. "Heer laat mij die Potter doden. Laat mij uw eer herstellen" riep ze meteen uit. Er verscheen een lach om de mond van Voldermort.

Narcissa keek even opzij. Dit was niet de zuster die ze nog geen uur geleden getroost had. "Bellatrix, ik waardeer dat je mijn naam eer aan doet. Maar ik heb voor jou een andere taak in gedachte. Een taak waarvan ik denk dat jij daar alleen geschikt voor bent. Daar bij heb ik ook jouw hulp nodig Narcissa". Vertelde Lord Voldermort tegen Bellatrix en Narcissa.

"Severus, wat zijn de volgende stappen die Perkamentus gaat ondernemen". "Heer, Ik heb van Perkamentus vernomen dat hij Potter onder zijn hoeden zal nemen. Wat hij met Potter voor heeft, heeft hij mij nog niet verteld. Maar ik denk dat hij hem op een gevecht met u gaat voorbereiden. Zo als het nu is zal hij hem als een schild gaan gebruiken, mijn Heer. De jonge die bleef leven is slechts een pion voor hem. Iets waar hij niet veel om geeft. Iemand die hij zonder aarzeling voor u zou opofferen". Severus lachte bij wat hij had gezegd. En Voldermort keek hem rustig aan. "Goed zo Severus, Ik waardeer de inzet die jij voor Heer Voldermort hebt".

"Wormstaart haal het boek waar ik het gisteren met jou over heb gehad. En breng hem dan naar de offerkamer". "Ja meester, goed meester". Was het slijmerige antwoord dat Wormstaart hem gaf. "Narcissa neem Bellatrix mee naar de offerkamer. Daar zal ik jullie over een uur vergezellen. Volg het ritueel dat op de negende pagina van het boek staat. En ook die op de zeventiende pagina. Wormstaart zal het boek straks bij jullie brengen" siste Voldermort.

Narcissa nam Bellatrix aan haar arm mee naar de offerkamer. In een kamer langs de gang zag ze Severus staan. Narcissa liet Bellatrix achter op de gang en ging met Severus praten. Bellatrix wist niet echt wat haar zuster aan het doen was. Haar zuster stond ongeveer een minuut of tien met Severus te praten. Op eens hoorde ze Severus een magische belofte maken. Toen Narcissa de kamer uit kwam vroeg ze meteen waarom dat was. "Severus moet van mij op Draco passen volgend school jaar. En dat heeft hij net magisch aan mij beloofd".

Narcissa nam Bellatrix weer verder mee de offerkamer binnen. Er was nog een ding dat Narcissa niet lekker zat. Maar dat moest nog even wachten. In de offerkamer stond een altaar van steen. Bellatrix keek haar zuster doordringend aan. Iets wat te gedreven vroeg Bellatrix aan Narcissa.
"Wat denk je dat ik voor mijn Heer mag doen?" Wormstaart kwam binnen net op het moment dat Narcissa haar een antwoord wilden geven. Wormstaart legde het boek neer en rende de kamer weer uit. Ik walg van die rat bedacht Narcissa nog bij zichzelf.

Narcissa keek haar zuster aan en zwaaide met haar toverstok voor haar ogen. Ze mummelde een spreuk en keek haar diep in haar ogen aan. "Als ik het niet dacht" zei ze. "Jij staat onder de Imperiusvloek". Narcissa bekeek het boek op pagina negen en zeventien. Het was zo'n oude runen spreuk. Deze was er een om iemand een herinnering mee te geven. Op pagina zeventien stond ook zo'n oude runen spreuk om iemand jonger te maken. Wat was de Heer van het duister van plan dacht Narcissa. Wat wilde hij van haar zusje hebben, en wat wilde hij met haar doen.

Precies op het uur kwam Lord Voldermort de offerkamer binnen gelopen. "Narcissa heb je de spreuken begrepen" Siste hij venijnig. Narcissa knikte langzaam en keek haar Heer aan. "Mooi dan kun jij met de eerste spreuk beginnen het duurt een uur, Daarna kom ik haar een herinnering in prenten. Daarna gaan we een klein meisje van zeven van haar maken". Vertelde heer Voldermort aan Narcissa.
"Heer mag ik u vragen wat u met Bellatrix gaat doen". Voldermort lachte vuil en keek haar met zijn rode ogen aan. "We gaan kleine Bellatrix terug in de tijd steuren om Harry Potter te vermoorden". Narcissa was geschokt toen ze dat hoorde maar hield haar gezicht strak. Langzaam knikte ze van ja. Voldermort zakte in eens ineen en keek verwilderd om zich heen. Heer Voldermort had een angstige blik in zijn ogen. "Narcissa ik moet eerst wat gaan nakijken. Morgen ochtend gaan we de rituelen doen om acht uur precies. Zorg dat Bellatrix klaar is voor mijn boodschap". Narcissa knikte opnieuw en zag de heer van het duister weggaan.

Even dacht Narcissa diep na en verdwijnselden toen met Bellatrix naar een geheime bunker. Dit was de bunker van de Familie Zwart. Bijna niemand wist dat die bestond. Alleen Bella, Sirius en Narcissa wisten van het bestaan ervan. Hier was van alles te vinden. Op een plank stond een potje Veritaserum (een waarheidsdrank). In de hoek van de bunker stond ook nog een hersenpan. Dit had ze nodig dacht ze bij zicht zelf.
Ze gaf Bellatrix een paar druppeltjes in de mond. De Imperiusvloek hield meteen op met werken. Narcissa zag de verandering in het gezicht van Bella. Nu alleen nog de juiste vragen stellen dacht ze.
"Bella hoelang word jij al onder de Imperiusvloek geplaatst". "al van af dat ik aan mijn man ben uitgehuwelijkt". "heb jij de Lubbermans mishandeld". "Nee, ik heb ze onder dwang in een kamer gezet maar dat was onder de vloek. Mijn man, zijn broer en Barto Jr. hebben hen gezamenlijk gemarteld".
"Je moest de jonge Marcel Lubbermans doden waarom heb je dat niet gedaan". "ik begon me te verzetten tegen de vloek en heb de jonge Marcel Lubbermans in de kast gelegd". "Tegen wie was je jezelf toen aan het verzetten Bella". "Tegen mijn man Rodolphus van Detta mijn man". "Verzet je jezelf nu nog steeds tegen je man". "Nee, hij kan me niet meer controleren. Nu word ik door Voldermort onder de Imperiusvloek geplaatst. Ook tegen hem ben ik me nu aan het verzetten maar het lukt nog niet echt. Hij is veel sterker dan mijn man".

Narcissa wist niet wat ze hoorde. Haar zuster had in Azkaban gezeten terwijl ze onschuldig was. Ze plaatste haar herinneringen van wat ze nu hoorde in de Hersenpan en liet ze daarin zitten. Met haar handen in haar haren liep ze door de bunker heen. Wat moest ze in Merlijns naam doen. Ineens wist ze het. Het was alsof er een kanon in haar hoofd af ging. Ze pakte het boek dat ze van Voldermort had gekregen. Daar had ze een Herinneringen spreuk in gezien.

GEHEUGENS WISSEN EN TERUGPLAATSEN. was de titel van de spreuk. "Bella ik wil dat je alle herinneringen van vroeger op haalt van voor dat je tien jaar was". Ze verwijderde haar eigen herinnering uit de hersenpan en plaatste die in een potje. Nu haalde ze herinneringen uit het hoofd van Bella. Het boek vertelde haar dat ze vier runen moest tekenen op haar hoofd. Dit deed ze en las de spreuk op. Bellatrix lag languit op de grond. Narcissa verwijderde haar hele geheugen, en plaatste die van vroeger uit de hersenpan terug. Een herinnering had ze veranderd. Ze heten nu niet meer Bellatrix zwart maar Bellatrix Smit. Ooit zal ze daar achter komen maar dat mocht nu nog niet. De rest van de herinneringen plaatste ze versleuteld terug. Die zouden zich openbaren als ze Zestien was.

Bella werd wakker en rende door de bunker heen. "Narcissa wat ben jij oud geworden. Gisteren was je nog twaalf" riep Bellatrix. Narcissa lachte een beetje bij het zien hoe haar zuster zo door de bunker heen rende. Ze hoopte dat ze hier goed aan had gedaan. Ze wist dat Bellatrix bijna alles al had geleerd toen ze tien was. Ze moest alleen nog een nep herinnering in haar hoofd plaatsen. Dat zou ze morgen doen als ze de kans zou krijgen.

Het was bijna vijf uur in de ochtend toen ze Bella weer mee terug nam naar de offerkamer. Ze bekeek de spreuk die ze moest uitvoeren van Voldermort en bestudeerde hem goed. Als ze nu een enkele runen zou vergeten zou de spreuk niet werken. Maar dat zou je als buitenstaander niet merken. Nou wist ze dat Voldermort nooit goed was geweest in oude Runnen. Dus hoopte ze dat hem zou kunnen misleiden.

Ze bracht Bella in een diepen slaap. Zo zou ze gaan denken dat het een droom was geweest. Natuurlijk was dat niet zo maar dat kon ze wel tegen Voldermort zeggen. Hij mocht niet weten dat ze al het geheugen had van een tienjarige. Narcissa tekende runen op het ontklede lichaam van Bella, en sloeg er een over. In stilte zat ze te wachten tot dat de heer van het duister er zou zijn. Het zou nog bijna een halfuur duren voor hij er was.

Narcissa vertelde hem de leugen van de droom gedachten. Tot haar grote verbazing geloofde hij haar. Narcissa las de spreuk op en Bellatrix gloeide hellemaal op. Nu vertelde ze de heer dat hij haar de opdracht moest geven. Voldermort bukte zich naar Bellatrix toe en fluisterde in haar oor.
"Vind Harry Potter, Dood Harry Potter" siste hij in haar oor. Bellatrix herhaalde wat Voldermort haar gezegd had.
Daarna vroeg Voldermort aan Narcissa hoelang of het ging deuren voor ze de volgende spreuk kon doen. Narcissa vertelde hem dat het vier uur zou duren. Maar eigenlijk was het maar twee uur. Voldermort liep de kamer uit en liet Narcissa de runen plaatsen. Eerst plaatste ze de runen die ze net niet gedaan had. Vertelde snel de spreuk en ging bij haar oor staan. "Bellatrix word gelukkig en vrienden met Harry potter als je op school bent. Hou van Harry Potter hij zal machtig worden help hem". Bellatrix herhaalde wat Narcissa haar in haar oor had verteld en gloeide rood op. Nu plaatste ze gouw de bewerkte herinnering in haar hoofd. Als ze zestien zou zijn zou ze deze herinnering herinneren. Dan zou ze herinneren dar ze Bellatrix Zwarts was en ze twee zusters had. Misschien zou ze dan ook Narcissa kunnen helpen om van Malfidus af te komen. Ze zou zich ook de herinnering van Narcissa herinneren. Over hoe ze Bella al die jaren hadden gebruikt en misbruikt.

Narcissa was de runen aan het verwijderen om er dan weer nieuwe op te plaatsen. Het deed haar pijn toen ze er achter was gekomen dat Bellatrix altijd alles onder invloed van de Imperiusvloek had gedaan. Het monster wat voor haar op tafel lag was geen monster. Het was haar zusje. Lord Voldermort en Rodolphus hadden haar altijd gebruikt en misbruikt. Nu zou ze Lord Voldermort gaan helpen om haar te verjongen en terug te steuren in de tijd. Dit alles met als doel om Harry Potter te doden. Ze werd misselijk als ze er aan dacht.

Bellatrix zou zeven jaar oud zijn als ze wakker zou worden in een andere tijd. Ze zou geen familie meer hebben maar wel toverkracht. Ze zou voor het eerst gelukkig kunnen worden. Narcissa hoopte alleen maar dat haar misleiding gelukt was. En dat ze Harry Potter niet zou gaan doden. Hoe kon Voldermort zo iets doen. Iemand in een kind veranderen en dan dat kind een ander kind laten doden. Het was die zieke gedachte geweest dat Narcissa deed besluiten om Voldermort te misleiden.

Hoe raar het ook was, ze vond het goed om Bellatrix terug te steuren naar een vroegere tijd. Misschien kon haar zusje dan wel voor een keer geluk hebben en niet in Azkaban belanden.
Het voordeel was wel dat niemand haar voor de ouder Bellatrix kon aan zien wand die zou opdat moment in Azkaban Zitten. Er ging van alles door het hoofd van Narcissa. Dit alles gebeurde terwijl Bellatrix op de tafel lag en sliep. Er werden verschillende runen op haar lichaam getekend. Narcissa riep Lord Voldermort erbij en sprak de spreuk uit. Aan het gezicht van Bellatrix kon je zien dat ze pijn had. Het hele proces zou een hele dag gaan duren. Alles deed Narcissa pijn toen ze het gezicht van haar zusje zag veranderen. De ingevallen ogen van jaren van gevangenschap verdween voor haar ogen. Met iedere minuut werd ze jonger. De wallen verdwenen en maakt plaats voor een mooie jonger versie van Bellatrix. Narcissa herkende het zusje dat ze al zo lang geleden was verloren.
Nu was het een meisje van vijftien jaar. Sirius kwam in de herinnering van Narcissa. Ze zag hem door de tuin achter haar zusje aan rennen. Beide stuurde gniffel spreuken op elkaar af. Het was een heerlijke herinnering die ze kreeg. Daar lag Bellatrix nu twaalfjaar oud. Op de klok zag Narcissa dat ze al 20 uur bezig waren geweest nog maar vier uur. Het zou nog vier uur duren en dan was ze het meisje van zeven dat Narcissa herkende.

Voldermort kwam de kamer binnen gelopen en keek goed keurend naar Narcissa. "Dat heb je mooi gedaan Narcissa je bent jou heer waardig" siste heer Voldermort. Narcissa gruwelde bij die gedachten. Het was haar man die een dooddoener was niet zij. Zij wilde hier eigenlijke niets mee te maken hebben maar ze moest. Het ergste was dat Lucius hun zoon ook zo had opgevoed. Haar kleine Draco zou ook net zo worden als haar man. Misschien kan kleine Bellatrix wel iets doen voor Draco. Lord Voldermort gaf haar een boek die ze in moest kijken. Daar stond een eeuwen oude spreuk in om iemand terug te sturen in de tijd. Hierbij kon je zelfs het juiste aantal jaren aan geven. Tot op bijna de maand nauwkeurig. Er was alleen nog een plaats nodig waar ze moest verschijnen. Voldermort zou samen met Narcissa De spreuk doen. Daar voor waren er twee mensen nodig. Hij zou ook de plaats gaan uitzoeken waar ze heen moest.

Die avond vertelde Voldermort dat hij Bellatrix uit haar lijden had verlost. "Vuile schoft" was de gedachte die bij Narcissa door haar hoofd ging. Aan haar gezicht was echter niets te zien. Voldermort vertelde verder waarom hij Bellatrix had gedood. Ze was een voorbeeld voor de anderen. Dit zou hij met iedereen doen die hem niet voldoende volgde. Narcissa was met haar gedachte bij haar zusje. Die lag nu in de offerkamer te slapen. Ze was weer puur en onschuldig. Ze hoopte dat het voor haar zusje goed zou komen, meer kon ze niet doen.

De volgende morgen Verschijnselden Narcissa samen met Voldermort en Bellatrix voor een ruïne. "Dit is vroeger een Weeshuis geweest in de buurt van Harry. Een jaar geleden heb ik hem met de grond gelijk gemaakt. Hij stond mij in de weg". Vertelde Voldermort aan Narcissa.
Narcissa wist dat Voldermort vroeger ook in een weeshuis had gezeten. En dat het waarschijnlijk dit weeshuis was geweest. Bellatrix die nog steeds in slaap werd gehouden werd op de grond gelegd. Gezamenlijk met Voldermort begon ze aan het ritueel. Geleidelijk aan vervaagde Bellatrix. Het ritueel zou gelukt zijn als ze een knal zouden horen. Tien minuten die er op volgde was niets anders dan het op zeggen van de spreuk. Van uit het niets was er een knal en was de spreuk gedaan.

Voldermort zei niets en Verdwijnselde. Narcissa bleef met tranen in haar ogen staan kijken. In gedachte nam ze afscheid van haar zusje. Als het gelukt zou zijn, dan zou de herinnering die Narcissa geplaatst had zich nu ontsluiten. Nu zou Bellatrix zich weer alles Herinneren. En dat hoopte ze danmaar.
"Dag lief zusje van me. Ik hoop je straks weer te zien. Ik hou van jou Bellatrix Smit".